Door de toenemende verdichting bouwen we in onze steden steeds vaker dicht op het spoor, dat bovendien steeds intensiever wordt gebruikt. Het gevolg: bewoners ervaren steeds meer overlast door trillingen. Bijna 270.000 Nederlanders van 16 jaar en ouder ondervonden ernstige hinder van trillingen door treinen (onderzoek van RIVM). Hinder kan zich uiten in irritatie, boosheid en onbehagen. Bewoners van gebouwen, gelegen zelfs op een afstand van 300 meter van het spoor, kunnen ernstige slaapverstoring door trillingen van goederentreinen ondervinden. De trillingsoverlast van goederentreinen, die met name ’s nachts rijden, blijkt maar liefst vijf keer zo groot als bij reizigerstreinen.
Preventie is van groot belang. In de bouw is er voor projectontwikkelaars ook behalve SBR-richtlijn geen wettelijke verplichting om rekening te houden met deze vorm van overlast. De Handreiking Nieuwbouw en Spoortrillingen bevat wel richtlijnen van IenW om trillingshinder vroegtijdig te signaleren. Het geeft gemeenten handvatten om een goed woon- en leefklimaat te creëren voor de toekomstige bewoner. Er wordt te weinig gebruik van gemaakt.
Voorkomen is beter dan genezen. Dat geldt zeker voor trillingen. Als de woningen eenmaal gebouwd zijn, is het heel lastig en kostbaar om maatregelen tegen trillingen te treffen. In nieuwe gebouwen zijn ze zonder te veel moeite uit te voeren. Er bestaat echter niet genoeg kennis hierover waardoor aanpak van trillinghinder als heel ingewikkeld wordt gezien.
Gemeenten en ontwikkelaars hebben een gedeelde verantwoordelijkheid om iets aan trillingshinder te doen. Vooral in het kader van een zorgvuldige omgang met de leefomgeving en evenwichtige toedeling van functies aan locaties. De Omgevingswet geeft ruimte om trillingshinder te bestrijden.
Door in het omgevingsplan én het ontwerp van de bouw al rekening te houden met trillingen van nabijgelegen bronnen, kunnen we veel hinder voorkomen. Het gaat in de meeste gevallen over trillingen vanwege het spoorverkeer maar industriële bronnen moeten we ook niet vergeten.
Maar eerst moeten trillingen in beeld worden gebracht en worden beoordeeld. Daarmee kunnen we helpen door het uitvoeren van metingen en indien nodig het bepalen van (bouwkundige) maatregelen.